Ver- en Terug-denken
- ouweleem
- 5 dagen geleden
- 2 minuten om te lezen

Vorige week ging de kersverse Denker der Nederlanden, David van Reybrouck, voor het eerst in functie op werkbezoek. Hij was te gast bij de 7e Academie van het Nationaal Programma Heerlen Noord. De filosoof Govert Derix, ook bekend als lid van De Ziel van Heerlen en inofficieel stadsfilosoof van Maastricht, wijdde zijn column in De Limburger aan van Reybroucks optreden in de Heerlense Royal.
De Denker der Nederlanden introduceerde er zijn nieuwe benadering van zaken, het ver-denken. Het 25-jarig Nationaal Programma past daar uitstekend bij. Er zijn stippen aan de horizon gezet waar we met kleine stapjes (hopelijk) steeds dichterbij komen, terwijl we (eveneens hopelijk) die horizon blijven verleggen en nieuwe stippen creëren. Ver-denkend en dichtbij-doend. Zo wordt Heerlen, aldus Derix, een wereldvoorbeeld.
De cultuur-historicus Van Reybrouck en de filosoof Derix kennen beiden de rol die het verleden in ons denken over de toekomst speelt en het daarbijhorende cliché’ dat ‘zij die hun geschiedenis vergeten, zijn gedoemd deze te herhalen’ (George Santayana). Nu herhaalt de geschiedenis zich nooit, al was het maar omdat de omstandigheden nooit exact hetzelfde zijn. Dat neemt niet weg dat bij succesvol ver-denken niet alleen dichtbij-doen, maar vooral ook gedegen terug-denken hoort.
Derix besluit zijn column over David van Reybroeck en het Nationaal Programma Heerlen-Noord dan ook met een verwijzing naar het belang van dat verleden als hij de door hem als historisch geweten betitelde regionaal historicus Martin van der Weerden aanhaalt, die ‘nog eens inpeperde dat het wederopbouwgeld voor Heerlen sneu genoeg in Maastricht werd uitgegeven aan de universiteit.’
Er zijn historici die de geschiedenis zelf niet onderzoeken en slechts herhalen wat gangbaar of (politiek) gewenst is. Dat betekent echter niet dat het historisch juist is. De sociaaleconomische herstructureringsoperatie die sinds eind van de jaren zestig in Zuid-Limburg plaats heeft, is van begin af aan voor de hele regio bedoeld, inclusief Maastricht dus. Het besluit dat een eventuele Limburgse universiteit in de provinciehoofdstad zou komen, is al eind jaren vijftig genomen. Het wordt eind jaren zestig door de besturen van Heerlen en Kerkrade ondersteunt. Maastricht heeft geen ‘Mijnstreek-gelden’ ontvangen. Wel is er in Maastricht meer (zichtbare) verbetering gekomen door de gedane investeringen. De universiteit speelde daarbij een grote rol. Lees de kranten en rapporten uit die tijd maar.
Beste Govert, wees zorgvuldiger bij het kiezen van een historisch geweten. Voordat u het weet, vertrouwt u als vriend van de wijsheid (= filosoof) een mythe-maker. Van succesvol ver-denken zal dan weinig terecht komen.
Marcel Put
Comments